Dat er wat moet gebeuren is wel duidelijk. De duivensport holt naar de afgrond en velen blijven maar naar elkaar schreeuwen zonder veel wijsheid. Die 5-10 jaar dat de duivensport in zijn huidige vorm nog blijft is het tijd voor verstandige stappen. De ruggegraat van de sport zijn de vluchten die we spelen. Oud heeft afgedaan, het is tijd voor nieuw waarmee we met z'n allen nog 5-10 jaar vooruit kunnen. Niet de symptoombestrijding zoals nu bij enkele afdelingen waar ze jongeduiven en nalijnvluchten bijvoorbeeld samen laten vallen. wat een gekkigheid.
Kies voor zoiets als het voorstel van AS of de heer Koenen (meer over puntentelling ).
Ik zeg meermaals korte vluchten.
Gericht landelijk in de zelfde weekenden een verdere vlucht.
Geen Generaal Kampioenschappen meer over wee tik niet hoeveel vluchten... afgelopen jaar zo'n 40 in 5 en halve maand. Onze club wordt zo werkelijk over de kling gejaagd.
Ik zou persoonlijk willen kiezen voor een clubkeuze.
Afdelingsprogramma of niet... gewoon 5x vitesse, 5x Midfond, 5 x Dagfond met de ouden in de club. Is er op afdelingsniveau of samenspel meer, maak dan je keuze duidelijk en geef aan dat men die wel kan en mag spelen maar dan ergens anders inkorven om de werklast in eigen gelederen te beperken.
Jongen a la voorstel AS (werklast genoeg voor kleine clubs) en nalijn voor opleer van jong grut, niet nog eens competitie tot in september! Wellicht combi mogelijk met systeem zoals AS voorstelt... veel aanbod van 120 km vluchten.
-----
Koenen schreef in een mail aan me:
Een uitgebreide weergave van een puntentellings systeem dat een eerlijker beeld geeft omtrent de kampioenschappen is te vinden op de site van Ad Schaerlaekens onder de noemer LOGBOEK.Tikt men deze aan en scrolt men dan naar beneden tot logboek 2013 dan is dit uiteen gezet op de datum 10-11-2013 onder het kopje ZINNIGE PRAAT.
Een korte samenvatting hiervan;
Elke liefhebber mag net zoveel duiven inkorven als hij wil. Er wordt GEEN limiet gesteld aan het aantal duiven dat punten kan behalen.
Na de vlucht worden de punten van ALLE prijs vliegende duiven bij elkaar opgeteld.
Dit puntentotaal wordt vervolgens gedeeld door het AANTAL DUIVEN dat de betreffende liefhebber aan de wedstrijd liet deelnemen.
We zien nu het aantal punten dat GEMIDDELD per duif op die wedstrijd werd gescoord en dit puntentotaal wordt meegenomen naar het kampioenschap
Aan het einde van de rit is dan ECHT te zien welk hok zéér sterk,gewoon goed of wat minder in de desbetreffende discipline heeft gescoord.Duiven die om wat voor reden ook een aantal weken thuis bleven kunnen, wanneer zij weer ingekorfd worden , het gemiddelde negatief beinvloeden. Daarom moet het mogelijk zijn om duiven buiten concours mee te geven. Men zou kunnen stellen dat b.v. 15 % van het aantal duiven dat een liefhebber inkorft, als invliegduif mee mag.Fondliefhebbers, welke ook serieus aan het kortere werk willen meedoen,zouden van te voren de ringnummers van hun fondduiven kunnen opgeven zodat zij die fondduiven ten alle tijde op de kortere disciplines kunnen invliegen zonder dat zij een negatieve uitwerking hebben het resultaat van de andere duiven welke WEL in de desbetreffende discipline als wedstrijd duif zijn ingezet
Ik ben van mening dat kampioenschappen ,welke op deze manier tot stand zijn gekomen,ECHT weergeven of een hok goed, minder goed of matig heeft gepresteerd in de wedstrijden.Er wordt niet betuttelend opgetreden omtrent het aantal duiven dat serieus aan de wedstrijd deelneemt, je laat een ieder in zijn waarde.Naar mijn bescheiden mening zal zowel de man die graag veel duiven van een vlucht ziet thuiskomen als hij die aan 15 duiven genoeg heeft moeten toegeven dat, kampioenschappen die op deze manier tot stand zijn gekomen, een EERLIJK BEELD geven omtrent de onderlinge krachtsverhoudingen van de diverse hokken! Al zou er in 2016 alleen maar een PROEF in onze afdeling met deze telling worden gedaan dan zou dat naar mijn gevoel al een stap vooruit zijn !!