maandag, januari 22, 2018

Welke wel en welke niet?

Hier is het “probleem” dat ik er voor ik het weet teveel heb...
Graag hou ik ze vooral door uit de besten maar ja, welke zijn dat als je nog niet heel erg goed weet (aan het begin van jaar 3 op de marathons) welke dat zijn??

Als ik alle vliegers eigen jongen laat grootbrengen, heb ik er gewoon teveel. Kan ik ze niet kwijt en wordt het niks. Ik wil dus selectief zijn maar ja, hoe doe ik dat?

Mijn idee is dat Ari en Maria bruikbare duiven geven. Dus daar hou ik er van door. Liefst 2 legsels. Verder de keuze om uit Zusje en Limoges door te houden. De laatste legt hier 1x en gaat dan naar Wim voor samenkweek. Dus later komt daar nog een keer een koppel van terug. Zusje ook een jong of 6 dit seizoen. Als je dan ff telt heb ik er van deze 3 al 12 of 14 gedurende het seizoen.

Als ik mijn jonge duivenhokje niet te veel wil belasten kunnen we nog een zelfde aantal bij maar dat is het dan ook wel. Ik ga voor een mix van onderbuikgevoel (welke vind ik mooie koppels?) en beetje strategie. Dat laatste is dan kiezen voor een mix van genen. Op zo’n klein hok als het mijne zijn ze voor je het weet allemaal familie en dat moeten we niet hebben. Dus daar waar ik nieuwe inbreng heb gemixed met anderen, brengen die nieuwe genen voor een verder mix in de toekomst. Dus daar zoek ik dan een beetje naar.

Hierbovenop kweek ik er eigenlijk sowieso wel teveel. Daardoor kan ik het mes heel makkelijk hanteren. Staan ze me niet aan, verdwijnen ze gewoon daar handmatige selectie. Zo houd ik duiven over die mij aanstaan in elk geval. dat is erg belangrijk.

Hup aan de slag weer